Along my way I find the world

Adembenemende woestijn

Vanmorgen toen we opstonden was er die prachtige strak blauwe lucht waar we zo op gehoopt hadden. Dus op naar Jordanië… om 8 uur stonden we voor de Israëlisch- Jordaanse grens. In de rij voor een exit stempel Israël, vergeten die te betalen, terug om te betalen, weer in de rij; wat is de naam van je vader?????? Eindelijk stempel 100 meter lopen, stempel laten zien, halve kilometer lopen, paspoort laten zien, 50 meter lopen, bagage check, 50 meter lopen paspoortcontrole Jordaanse grens, waar zijn de stempels, terug 50 meter lopen, paspoort inleveren, stempels, stempels, stempels, paspoort wordt naar volgende loket doorgegeven, iris scan, stempel, 50 meter lopen paspoortcontrole Jordaanse grens….. 1 uur verder.

Na de paspoort controle moesten we een taxi nemen en dus voor het eerst in onderhandeling over een prijs…. ha ha ha het lukte door te laten zien dat we goed voorbereid waren. Met de taxi daarna naar Aqaba om de auto op te halen. Wat een mooie stad, ruim en heel mooi en schoon, een lust voor het oog. Na wat gezoek vonden we het kleine kantoortje van IZZIrent. Drie heren ontvingen ons en we kregen meteen een piepklein kopje Arabische koffie, ( o wat sterk – voor Marleen) ik vond het heerlijk en toen konden we dan eindelijk op weg naar Wadi Rum onze eerste stop.

De weg van Aqaba naar Amman is een vierbaansweg en heel rustig, na ruim een uur konden we afslaan naar Wadi Rum, een heel bekend woestijngebied dat op de werelderfgoedlijst staat.

A-DEM-BE-NE-MEND….. Wat was dat bijzonder. Het gele zand, de rode rotsen en bergen, de blauwe lucht. Het had echt iets magisch. Wat een foto’s hebben we gemaakt. Het “visitorscentre” was mooi maar had verder geen functie. Natuurlijk weer allemaal mannen die vele ritten door de woestijn met kamelen en jeeps aanboden. Maar we bleven resoluut in onze voorgenomen plannen. We reden daarna dieper Wadi Rum en kwamen aan het eind van het asfalt in een eenvoudig arm dorp. Alles was echt en niet voor toeristen. We maakten wat foto’s en een meisje van een jaar of tien kwam schuchter in onze buurt. Ze kon alleen zeggen hoe ze heette in het Engels, verder kwam ze niet. Ook mijn gebaren zeiden haar niets. Ik had in mijn koffer Delfsblauwe klompjes en gaf haar er èèn. Het was een heel mooi moment.

Langzaam reden we Wadi Rum uit, op weg naar Petra. Het landschap veranderde langzamerhand en langzaam klommen we het gebergte op. Fantastische uitzichten, dorpjes tegen de bergen, moskeetjes als kapelletjes langs de weg. Overal mannen met witte djellaba’s en rode sjaals en heel soms een vrouw geheel in het zwart. We keken onze ogen uit.

In Wadi Musa (de Vallei van Moses – Hij zou hier het water uit de rots hebben geslagen) richting Little Petra waar we de nacht in het “Seven wonders bedouin Camp” door zouden brengen. Eigenlijk een hostel maar dan gemaakt van afzonderlijke tentjes. Met een pleintje waar grote tenten stonden waar werd gegeten met mooie rode kussens op de grond. In de avond waren er lichtjes op de rotsen. Het had echt iets van een sprookje uit “1001 nacht”.

We waren moe en besloten gewoon ons te melden. We kregen ons eigen tentje toegewezen. Twee bedden stonden er in en meer niet. We besloten om verder rustig aan te doen en installeerde ons, sliepen wat.

Om 6 uur kwam Atef, de beheerder, zich voorstellen en zei dat hij ons iets wilde laten zien. Niets vermoedend op onze sandalen en slippers, zonder fototoestel volgde we hem. Achter het kamp waren hoge rotsen en als een berggeit klom hij er tegen op en zei ons hem te volgen. Hoger en hoger klommen we, soms leek het of we niet verder konden maar Atef vertelde ons elke keer waar we onze voeten en handen moesten zetten. En ineens stonden we boven op de rotspartij die zo onbegaanbaar leek. Hij riep even naar beneden en even later kwam en jongen met een blad zoete thee boven. We kregen twee zware jassen van kamelenhaar om want het was koud en toen liet hij ons alleen. Hij zou ons wel komen halen. Langzaam zakte de zon achter de bergen. En van al dit moois geen foto’s…. ;-(( Maar in ons hoofd zit een geweldig panorama. Na een half uur kwam hij weer boven. En met in zijn ene hand het blad met de kopjes en met de andere hand ons helpend naar beneden kwamen we veilig weer in het kamp terug. Maar wat een avontuur.

Om half tien werd in de grote tent het Jordaanse avondeten geserveerd. Linzensoep, rijst, humus, kip, komkommer, yoghurtsaus, verschillende groenten, het was echt heel lekker. Er waren niet zoveel gasten, naast ons nog 5 vrouwen uit alle delen van de wereld. Maar in een mannenwereld als hier voelde dat wel even veilig. Om half elf gingen we richting onze tent. Kaarsen aan en een prachtige sterrenhemel die vannacht over ons waakt.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!